Dit stukje staat inmiddels al weken, wat zeg ik, maanden klaar om gepubliceerd te worden. Maar ik wilde perse eerst een ‘lichter’ stukje plaatsen alvorens ik weer een ‘zwaarder’ stuk zou plaatsen. Inmiddels weet ik wel beter. Inspiratie laat zich niet in hokjes stoppen en al helemaal niet afdwingen. Dus, dan wel maanden terug, maar nog steeds relevant.
In mijn laatste blog konden jullie lezen dat ik een paniekaanval heb gehad en eigenlijk heeft dit van alles in gang gezet. Sindsdien kan ik mij fysiek gezien niet druk meer maken. Dat klinkt misschien heel relaxt, want je niet meer druk maken over shit, dat willen we allemaal wel of niet? In de praktijk is het echter een stuk minder relaxt.
Het zit namelijk zo: op het moment dat ik me druk maak (en dat kan werkelijk over van alles, echt, laat dat maar aan mij over) krijg ik van die vage klachten die op een paniekaanval lijken, maar dan minder intens. Eigenlijk voel ik me de hele tijd ontzettend opgejaagd, een beetje alsof je weet dat je iets vergeten bent, maar je kan je maar niet herinneren wat nou precies.
Op het moment dat ik stop met waar ik mee bezig ben, de boel de boel laat, ga zitten en niks doe ebt dit gevoel langzaam weg. En dat is best kut als ik dat zo even mag zeggen.
Kijk, ik ben iemand die graag nadenkt, over van alles en nog wat, maar vooral over de zin des levens, mijn toekomst en mijn zielsmissie. In dat proces van nadenken kan ik mezelf soms ook een beetje gek maken en precies op dat moment grijpt mijn lichaam in.
Dus leef ik nu al noodgedwongen een aantal weken heel langzaam. Ik luister heel nauw naar mijn lichaam en naar mijn intuïtie en als iets niet gaat doe ik het niet. Dat lijkt een beetje op vermijdingsgedrag (en dat zal het vast ook wel zijn ergens), maar op dit moment is het even zo.
Hoe ziet dit eruit in de praktijk? Bijvoorbeeld; ik hou van mijn huis en zit nergens liever dan thuis, maar omdat ik vanuit huis werk, voelt mijn thuis soms als een gevangenis. Vier kale muren die mij begrenzen in mijn mogelijkheden en die mijn visie vertroebelen. Mijn thuiswerken is dan de strenge en ietwat norse bewaker die er zeer efficiënt voor zorgt dat ik nergens heen ga.
En dat levert strijd op, innerlijke strijd. De strenge bewaker die zegt dat ik moet werken, want ‘je bent toch een volwassen vrouw met een bedrijf’. En de gevangene die ongemotiveerd thuis zit te wachten op inspiratie. En daar zit ‘m nou juist de crux, de vicieuze cirkel die ikzelf in stand houd. Ik kan wachten tot ik een ons weeg, die inspiratie gaat dus never nooit komen als ik mijn energiefrequentie zo laag houd!
Ook om mijn werk kan ik me niet meer druk maken. Zo zat ik laatst thuis, met een drukke planning voor de dag, op het punt om de nieuwsbrief te schrijven en bam. Uitgeschakeld. Nee hoor, zo heftig was het niet. Wat er wel gebeurde, is dat ik ineens het inmiddels vertrouwde opgejaagde gevoel voelde opkomen plus een haast onbedwingbare drang om naar buiten te gaan, het maakte niet uit waarheen, ik moest hier weg.
Omdat ik zo nauw luister naar mijn intuïtie en mijn lichaam zette ik mijn laptop uit, pakte ik mijn rugzak in met genoeg water, zonnebrand en wat te knabbelen en trok ik mijn wandelschoenen aan. Nog geen vijf minuten later trok ik de deur achter me dicht en begon ik, met mijn ‘i love scotland’ playlist in mijn oren, te lopen.
Ik loop de straat uit en sla de hoek om, links, rechts, oversteken en door. Ik loop mijn wijk uit en een andere wijk in. Waar ga ik heen? Ik heb geen idee en het maakt ook niet uit. De wind trekt aan mijn kleren als ik richting de duinen loop en ik voel de roep van de natuur. Ik moet weg uit deze stadse ellende en natuur voelen en proeven.
Op het moment dat ik het duingebied in loop doe ik mijn haar los en laat ik de wind ermee spelen. Het voelt fijn. Ik begin zachtjes mijn zorgen te vertellen aan de wind en laat ze meevoeren, weg van hier, weg van mij. Het stukje vanaf het duingebied naar het strand begin ik steeds harder te lopen en het laatste stukje ren ik, met de wind mee, het strand op.
Even sta ik stil. Er is niemand en de rust valt over me heen, zelfs de wind is er stil van. Ik doe mijn schoenen uit en loop op blote voeten naar de zee. Ik ga zitten in het zand en laat me even meevoeren met het geluid van de golven en de wind. Het gejaagde gevoel is verdwenen en er is stilte. Prachtige stilte, wat heb ik je gemist.
Dan ga ik lopen, over het harde zand, aangespoelde kwallen ontwijkend, want dat is niet fijn voor de blote voetjes. Ik vind schelpjes en denk aan de stukjes glas die ik in Schotland op een strand vond. Fijn, herinneringen aan Schotland. Ik denk aan de gekleurde stukjes die ik mee naar huis heb genomen als souvenir en zie ineens allerlei creatieve projecten ontstaan met deze simpele stukjes ‘sea glass’. Wauw. Mind = Blown! Eindelijk is daar de inspiratie die ik thuis af probeerde te dwingen, zomaar, wanneer je het eindelijk los hebt weten te laten.
Na een aantal kilometers gelopen te hebben kom ik bij een strandtent aan en besluit ik mezelf te trakteren op een kop koffie. Ik drink mijn koffie en mijmer nog wat meer. Niks moet, alles mag en het is fijn. Ik zie waar ik steeds heen denk te moeten met mijn toekomst en waar ik eigenlijk het liefst heen wil, ik zie het complete plaatje, ik zie wat nu is en wat kan zijn en ik glimlach.
Ik besluit via de duinen terug te lopen, misschien kom ik de Schotse Hooglanders nog wel tegen. Als ik loop merk ik dat ik vol energie zit. Ik voel me lichter, sterker, alsof ik lagen oud zeer heb afgedaan en mee heb gegeven aan de wind en de zee.
De wandeling terug door de duinen is schitterend. Soms weet ik de prachtige omgeving zo dicht bij huis maar moeilijk op waarde te schatten, maar op dit moment zie ik haar in al haar glorie. Met hernieuwde energie zigzag ik door de duinen heen, van het ene paadje naar het andere, niet lettend op bewegwijzering of mijn (van nature niet aanwezige) richtingsgevoel, ik laat me volledig leiden door mijn intuïtie.
Boven een open veld zie ik een roofvogel vliegen en ik blijf even staan om ‘m te bewonderen. Geen idee wat voor vogel het is, maar het is niet erg. Mijn ogen volgen zijn sierlijke bewegingen en ik geniet van zijn vlucht.
Eenmaal thuis voel ik me beter. Helaas voel ik wel bijna gelijk het inmiddels vertrouwde beklemmende gevoel weer opkomen. Ergens associeer ik thuis dus met angst en paniek. Op zich fijn, want als dit met ‘buiten’ zou zijn, kom ik helemaal nergens meer.
Nu, maanden later is er eigenlijk nog weinig veranderd. Er is nog steeds angst en er is nog steeds paniek, vaak juist op momenten dat ik het totaal niet verwacht. Van die momenten dat ik me echt afvraag waarom. Gelukkig is er ook veel moois, maar dit bewaar ik lekker voor een volgend stukje!
Bedankt weer voor het lezen. It means a lot dat jullie waarde hechten aan wat ik schrijf ❤️